Hoe circulair is de Port of Antwerp-Bruges?
De wereldwijde circulaire motor vertraagt
Het recent gepubliceerde Circularity GAP Report toont dat we op mondiaal niet echt circulair bezig zijn. Zelfs slechter als in 2024. Slechts 6,9% van alle materialen die de economie ingaan zijn secundair. Dat is een daling ten opzichte van 2024 waar er nog gescoord werd met 7,2%. Hoewel de absolute hoeveelheid secundaire materialen groeit, staat dit in groot contract met de groei van consumptie van nieuwe materialen.
En in Vlaanderen?
Reden om te kijken hoe circulair de Vlaamse samenleving is. Naast de CE monitor, bestaat er ook een monitor die circulariteit in de havens zal meten. In 2025 komen de eerste resultaten binnen die als baseline zullen worden gebruikt.
Wat houdt de circulaire economie in?
Volgens wetenschappelijk onderzoek bestaan er minstens 114 definities voor circulaire economie. Voor MUCE is het in de eerste plaats een economie waar iedereen aan kan deelnemen. Van bakker, chemiereus en marketeer tot poetshulp en wetenschapper. De circulaire economie denkt na over de noodzaak van bepaalde producten of diensten en faseert fossiele brandstoffen en toxische chemicaliën uit. Er wordt minder maar beter geconsumeerd. Met biomimicry en ecodesign laten we ons inspireren door de natuur bij het ontwerpen van duurzame producten. We zijn spaarzaam met grondstoffen en materialen en houden spullen zo lang mogelijk in de kringloop door te delen, opnieuw te gebruiken en te herstellen. De circulaire economie is idealiter een regeneratieve economie waarmee we een positieve impact teweegbrengen voor het ecosysteem waarin we leven. Dit is slechts mijn definitie. Het gevaar bij verschillende definities, is dat de minst ambitieuze voorop wordt gesteld en er op slechts één onderdeel wordt gefocust. Zo zien we in Vlaanderen een focus op recyclage. Begrijp me niet verkeerd: recyclage is belangrijk, maar het is ook een van de laatste stappen binnen
Een circulaire economie is meer dan enkel recyclage
Preventie van materiaalgebruik, hergebruik, herstellen en delen hebben een grotere impact op milieu én klimaat doordat ze vroeger in de keten ingrijpen. Wanneer producten juist en doordacht ontworpen worden, gebruiken ze niet alleen minder materialen en energie maar kunnen ze ook langer in de keten blijven. Deze stappen komen vaak met een ander businessmodel dan het lineaire take-make-waste model dat de consumptiemaatschappij weerspiegelt. Het recyclageproces op zich brengt daarentegen geen systemische verandering teweeg die ons aanmoedigt om minder te consumeren. En die systemische verandering is nodig om tegemoet te komen aan de milieu- en klimaatuitdagingen waar we vandaag als maatschappij voor staan. Daarom verwacht MUCE meer van de monitor die naar voren wordt geschoven om circulariteit te meten om zovan de haven een ‘hotspot voor circulaire economie’ te maken.
Recyclage of circulaire monitor?
Vijf van de twaalf indicatoren richten zich op materialen aan het einde van hun leven, niet gerecycleerde materialen en bijkomstige materialen. Als bijna de helft van de indicatoren van een circulaire economie monitor zich focussen op de laatste stappen van die economie, lijkt het me juister om van een recyclage monitor te spreken. De andere 7 indicatoren spreken over circulariteit zonder dat duidelijk wordt over welke circulaire strategie wordt gesproken. Het gevaar hier schuilt erin dat elk recyclage initiatief onder de circulaire noemer wordt geschoven zonder richting andere, hogere ambities te gaan.
De monitor die de Vlaamse overheid zelf hanteert voor de gehele economie, monitort ook de materialenvoetafdruk. Het zou interessant zijn om dit ook te hanteren voor de haven door te kijken hoeveel grondstoffen er binnenkomen en gebruikt worden. Door zo hard te focussen op recyclage, worden investeringen en initiatieven in eerdere circulaire aspecten verhinderd door een lock in van de infrastructuur en middelen. Denk maar aan de focus op energiewinning uit afvalverbranding of de zoektocht naar investeringen in chemische recyclage. Over de hiërarchie van de circulaire strategieën moet gerapporteerd worden aan Europa. Het zou zonde zijn dat door investeringen in de laatste stap van de circulaire economie de haven haar koplopers positie onder aan de hiërarchie bezorgt.
Gelijkstroming met Europese Regelgeving
Eind 2022 trad in het kader van de Europese Green Deal namelijk een nieuwe richtlijn over duurzaamheidsrapportering in werking: de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Deze richtlijn vraagt bedrijven om op een brede, uniforme en transparante manier te rapporteren over hun impact op mens en milieu waaronder de circulaire economie. Zo wil Europa middelen oriënteren richting écht duurzame bedrijven. De CSRD benadrukt expliciet dat rapporteren niet beperkt moet zijn tot het minimaliseren van afval. Op vlak van circulaire economie moet er specifiek gerapporteerd worden over de instroom van materialen, de transitieweg van nieuwe materialen, hernieuwbare materialen en het duurzaam inkopen van materialen, circulair design, hergebruik, herstel, refurbishing, remanufacturing en repurposing. Dit zijn allemaal beginstrategieën van de circulaire economie die niet aan bod komen in de monitor van de Antwerpse haven. Door deze te integreren, kan de monitor een aanzwengelend effect creëren. Dit verheft de monitor van louter een extra rapporteringslast naar een bruikbaar en breed gedragen instrument. Een instrument dat in lijn is met de visie van Europa om richting een ‘low-resource’ economie te evolueren.
Integreer begin-strategieën van de circulaire economie
De grote bedrijven in de Antwerpse haven moeten dus sowieso over deze aspecten — die stuk voor stuk interageren met de circulaire economie — rapporteren aan Europa. Zo kan ecodesign een belangrijke rol spelen op heel wat vlakken: minder lekken van gevaarlijke chemicaliën, efficiënter en daardoor minder watergebruik, beperken van de impact op biodiversiteit door grondstoffen in hun ecosysteem te laten ... Noem maar op. De circulaire economie biedt tal van oplossingen die beter gecapteerd moeten worden. Dit meten is moeilijk — net als alle begin — maar we moeten ergens starten.
Een circulaire haven vanaf 2025?
Kort samengevat kunnen we vandaag dus onmogelijk zeggen hoe circulair een Vlaamse haven zoals de Port of Antwerp-Bruges is. Dit jaar zouden we een eerste meting mogen verwachten. Maar idealiter verwachten we ook indicatoren gebaseerd op de R-ladder zodat Havens een ambitieuzer kader krijgen.